11-07-2019

Eén op de vijf voetbalclubs op ‘hoog niveau’ heeft betalingsproblemen

Hoe hoger het spelniveau, hoe slechter de financiële positie

De nacompetitiewedstrijden zorgen altijd voor een spannend slot van de amateurvoetbalcompetitie in Nederland. Veel voetbalclubs willen met hun standaardteam graag op een niveau hoger uitkomen, maar de vraag is of dit – in financieel opzicht- wel zo aantrekkelijk is. SWS deed binnen haar portefeuille met meer dan 1.700 sportorganisaties onderzoek naar de financiële status van  voetbalverenigingen. Hieruit bleek dat voetbalclubs die op een hoger niveau uitkomen financieel gezien er substantieel slechter voor staan.

"Eén op de 5 clubs waar het standaardteam op een relatief hoog amateurniveau uitkomt heeft betalingsproblemen."

,,De resultaten liegen er niet om”, stelt SWS-directeur Dick Zeegers vast. Eén op de 5 clubs waar het standaardteam op een relatief hoog amateurniveau (2de divisie, 3de divisie of hoofdklasse) uitkomt heeft betalingsproblemen. Bij voetbalverenigingen waar het 1e elftal in de lagere klassen (3e klasse, 4e klasse of 5e klasse) speelt is dit maar 1 op de zeventien. Merkwaardig daarbij is dat clubs die in de hogere klassen bivakkeren in de regel veel groter van omvang zijn. Deze clubs zouden dus veel meer bestuurskracht en inkomsten moeten hebben.

Eerste elftal

De uitgaven aan een eerste elftal zijn volgens Zeegers in veruit de meeste gevallen de boosdoener. ,,Clubs die op een hoger niveau uitkomen zijn verhoudingsgewijs veel meer kwijt aan trainerskosten en vergoedingen voor de eerste selectie. Daar staan dan wel sponsoropbrengsten en inkomsten uit de kantine tegenover, maar per saldo wegen deze niet tegen elkaar op.” Dit roept de vraag op of er binnen een club niet te veel aandacht uitgaat naar het eerste team en of het perspectief van de overige leden wel voldoende in ogenschouw wordt genomen. Deze leden betalen dan immers -met hun contributie- indirect voor de spelers en trainers van het eerste elftal.

Rol KNVB

Het is volgens Zeegers onder andere de rol van de KNVB om voor een eerlijk competitieverloop te zorgen. ,,Je ziet het aan het aantal overschrijvingen dat tussen 1e elftallen wordt gedaan. Daarbij wordt er in de media gesproken over “transfers” van spelers tussen voetbalclubs. Voor de goede orde, we hebben het over amateurvoetbal. De KNVB gaf onlangs aan dat voetbalverenigingen in de gaten worden gehouden over mogelijke inmenging van criminelen. Prima dat de bond dit doet, maar wat mij betreft mag de rol van de bond veel breder worden door clubs veel meer te begeleiden met betrekking tot hun financiën.”
“Overigens houdt de KNVB door het certificeren van trainers ook een systeem in stand waar je vraagtekens bij kunt stellen. Clubs zijn op een bepaald niveau verplicht om trainers met een licentie aan te stellen, wat een prijsopdrijvend effect kan hebben. De vraag is of de markt dit niet zelf kan reguleren.”

Kentering

In de media verschijnen inmiddels ook verhalen over voetbalverengingen die juist maatregelen nemen om de kosten voor de 1ste selectie te minderen. Recente voorbeelden hiervan zijn JVC Cuijk en LAC Frisia. ,,Voor bestuurders is het lastig om uit te leggen dat de contributie fors omhoog moet terwijl spelers van een 1e elftal flinke vergoedingen krijgen. Als dat het voortbestaan van de vereniging in gevaar brengt dan is ingrijpen in de salariskosten vaak onvermijdbaar.”

Bijdrage gemeenten

Volgens Zeegers betalen gemeenten in Nederland ook mee aan de kosten van ‘prestatief’ voetbal. Gemeenten besteden volgens onderzoek van Mulier Instituut jaarlijks 1,3 miljard aan sport. Een fors deel hiervan gaat naar voetbalverenigingen. Dat hierdoor sporten voor veel mensen wordt mogelijk gemaakt is natuurlijk fantastisch en heeft volgens Zeegers ook een absolute meerwaarde. ”Dat daar indirect ook spelers van worden betaald op amateurniveau, daar kun je natuurlijk wel je vraagtekens bij zetten.”

Deel dit bericht