Ondanks dat het merendeel van de sportorganisaties voldoende in staat is om aan zijn financiële verplichtingen te voldoen, neemt het aantal sportorganisaties dat jaarlijks geld over houdt voor toekomstige investeringen de afgelopen jaren af. Dat constateert SWS aan de hand van de jaarstukken die jaarlijks worden opgevraagd bij de sportorganisaties waaraan een borgstelling is toegekend. SWS adviseert dan ook om op basis van een MeerJaren OnderhoudsPlan (MJOP) jaarlijks te reserveren voor toekomstige investeringen.
Liquiditeitspositie stagneert of verslechterd
De jaarstukken van de circa 1.500 sportorganisaties die jaarlijks de cijfers beschikbaar stellen aan SWS, laten zien dat het aantal clubs waarbij er sprake is van een jaarlijks overschot afneemt. Dit komt o.a. tot uitdrukking in de kwalificaties die SWS jaarlijks toekent aan de financiële positie van de verschillende sportorganisaties.
(klik op de afbeelding om deze te vergroten)
Werd in 2010 nog aan 59% de kwalificatie ‘uitstekend’ of ‘goed’ toegekend, in 2016 was dit nog maar aan 41% van de sportorganisaties. Dit terwijl de categorie ‘redelijk’ is toegenomen van 32% naar 52%. Voor een groot deel is dit het gevolg van een stagnerende of verslechterde liquiditeitspositie. De clubs kunnen hierdoor minder eigen middelen inbrengen bij toekomstige investeringen. Dit heeft mogelijk tot gevolg dat een groter deel van de investering bancair gefinancierd moet worden, waarbij het de vraag is in hoeverre de clubs de verplichtingen die hieruit voortvloeien kunnen dragen.
Toekomstige investeringen in kaart brengen
Veel voorkomende investeringen bij een sportorganisatie zijn onderhoudsinvesteringen zoals de renovatie van een clubhuis of kleedkamers. Deze investeringen zouden terug te vinden moeten zijn in het MJOP van de club. Ook eventuele vervanging van velden of banen is normaliter in een dergelijk onderhoudsplan opgenomen. De praktijk wijst uit dat niet alle clubs beschikken over een onderhoudsplan. Het MJOP betreft eigenlijk een financieel beleidsinstrument om vroegtijdig in te kunnen spelen op toekomstige investeringen en is van groot belang voor elke sportorganisatie.
Ook zal er gekeken moeten worden naar andere trends en ontwikkelingen die toekomstige investeringen wellicht noodzakelijk maken. Een voorbeeld hiervan zijn de demografische ontwikkelingen. Ligt het in de lijn der verwachting dat het aantal potentiële leden in de toekomst afneemt? Of is er juist sprake van mogelijke aanwas van leden door bijvoorbeeld nieuwbouwplannen van de gemeente? Dit zijn factoren die van invloed zijn op de keuzes voor wel of niet een extra veld of de uitbreiding van kleedkamerfaciliteiten. Of is er juist sprake van vergrijzing en is de vraag of er in de toekomst twee velden moeten worden vervangen of dat er terug wordt gegaan naar één veld?
Reservering opnemen in meerjarenbegroting
Als inzichtelijk is welke investeringen de komende jaren moeten worden gedaan, is het raadzaam deze op te nemen in een meerjarenbegroting. SWS ziet in de praktijk dat besturen van sportorganisaties meestal werken met een begroting voor alleen het komende boekjaar.
Ook als er al bekend is dat er de komende jaren investeringen zullen moeten plaatsvinden. De belangrijkste functie van de begroting is het inzichtelijk maken hoe de uitkomsten van het beleid van het bestuur in financieel opzicht worden vertaald. De begroting laat daarbij zien hoe deze, door het bestuur gestelde doelen, financieel gerealiseerd kunnen worden. Om het langetermijnperspectief van de vereniging ook financieel inzichtelijk te maken en vroegtijdig in te kunnen spelen op toekomstige investeringen is een meerjarenbegroting essentieel.
Door inzicht te hebben in de toekomstige uitgaven kan worden vastgesteld hoeveel er jaarlijks opzij gezet moet worden om te voorkomen dat het volledige bedrag extern geleend moet worden. Uit de gegevens van SWS blijkt dat op dit moment circa 50% van het totale investeringsbedrag bancair geleend wordt. Voor iedere club is het daarom van belang om vroegtijdig te besluiten welk bedrag jaarlijks moet worden gereserveerd om de gewenste plannen in de toekomst te kunnen realiseren. Omdat dit mogelijk consequenties zal hebben voor de hoogte van de contributie en/of doelstellingen op het gebied van sponsor- en andere inkomsten, is het goed om de ALV hier tijdig over te informeren. Ook daarbij kan een meerjarenbegroting het gewenste inzicht bieden.
Tot slot wil SWS, net als in een eerdere nieuwsbrief, er op wijzen dat reserveren alleen zin heeft wanneer deze middelen ook daadwerkelijk liquide aanwezig zijn op het moment dat er geïnvesteerd moet worden.